Pagina's

maandag 24 december 2012

Wat eten we vandaag vegetarisch of rauw?

Tijdens de feestdagen proberen we allemaal lekker dingen op tafel te zetten, daarbij denken we vooral aan vlees. Waar komt die traditie vandaan en kan het ook anders? Hebben we wel vlees nodig?

Vlees eten is een onderdeel van onze natuur en cultuur. De mens is van oudsher een omnivoor, dat wil zeggen een planten- en vleeseter. Van de homo erectus, de voorloper van de homo sapiens - de moderne mens - is bekend dat zij op dieren jaagden en die opaten. Dat blijkt uit de attributen die gevonden zijn, zoals de vuistbijl waarmee vlees uit kadavers gesneden kon worden. Ook de lichamelijke kenmerken wijzen erop, zoals de slijtage van de gebitten en het korte darmstelsel. Voor veteren van planten is een langer darmstelsel nodig.

Dat de mens vlees is gaan eten betekent niet dat hij vlees moet eten. Op de wereld zijn, vaak ingegeven uit religieuze overwegingen, veel mensen die nooit vlees eten. Ook worden in bepaalde culturen bepaalde soorten vlees niet of juist wel gegeten. Van de moslims weten we dat ze geen varkensvlees eten. En de eskimo’s eten voornamelijk vlees en vis en kunnen goed vet verteren. De eetgewoonten van mensen heeft veel te maken met het gebied waar ze al van oudsher wonen en is daarmee een cultuurelement geworden.

Vegetarisch voor Dummies
Na mijn verhuizing van de stad naar het platteland, nu al weer ruim tien jaar geleden, ben ik veel bewuster geworden van voeding, mede ingegeven door mijn eigen moestuin. Daarbij wekte ook vegetarisch eten steeds meer mijn belangstelling. Dus kreeg ik van mijn man voor mijn verjaardag het boek: “Vegetarisch koken voor Dummies”. U kent ze vast wel die serie voor mensen die zich voor het eerst in een bepaald onderwerp willen verdiepen. Een zeer informatief boek maar met een groot nadeel: het is nogal technisch. Ik heb het boek al gauw weer weggelegd omdat het mij duizelde. Al die informatie, al die nieuwe producten, nieuwe bereidingsmethoden en gerechten, ik was niet van plan er een studie van te maken.

Ik ben heel praktisch aan de slag gegaan om in ieder geval een dag in de week iets anders op tafel te zetten dan vlees of vis. Daarbij heb ik simpelweg het vlees uit recepten in gewone kookboeken vervangen door andere producten zoals eieren, noten en tahoe (of tofu). Mijn eigen kennis en ervaring is de afgelopen jaren flink vergroot en we eten nu nog maar zelden vlees. Vegetarisch eten staat steeds meer in de belangstelling waardoor ook het aanbod van verschillende sojaproducten in supermarkten aanzienlijk is toegenomen. Ook de vegetarische slager wint terrein. Ik kan nu zelfs mijn familie en vrienden, die pertinent vlees willen eten, foppen door een (vegetarische) maaltijd voor te zetten met ‘vlees’.

Vleesconsumptie aanslag op de planeet
Vegetarisch eten is dus helemaal niet meer zo bijzonder. Veel mensen zijn inmiddels flexitariers geworden. Dat houdt in dat ze dagen zonder vleesconsumptie afwisselen met het eten van dierlijk voedsel. Op zich al een goede oplossing om aandacht te besteden aan de negatieve effecten die het eten van vlees met zich meebrengt. De wereldbevolking groeit gestaag, dus moet de planeet steeds meer mensen voeden, waarvoor steeds meer vruchtbare landbouwgrond nodig is.

Vlees vraagt veel van onze planeet zowel in grondbehoefte als in uitstoot van CO2. Om een kg rundvlees te produceren is ca. 13 kg aan veevoer nodig. Hierdoor stijgt de behoefte aan landbouwgrond exponentieel, waardoor steeds meer bos wordt gekapt. Om nog maar te zwijgen van de bestrijdingsmiddelen en kunstmeststoffen die daarbij worden gebruikt en die het milieu belasten. Vooral de vleesconsumptie in de opkomende industrieën neemt toe. Wij kunnen een positieve bijdrage leveren: Als we allemaal de helft van de week geen vlees eten dan neemt de CO2-uitstoot voor de helft af, vergelijkbaar met het verminderen van de helft van het aantal auto’s.

Rauw of gekookt
Een opkomende trend is het eten van rauw voedsel. Dat betekent dat alle voedsel ongekookt wordt gegeten. Op zich niets mis mee, maar is toch enigszins omstreden. Afgelopen week nog was er veel aandacht voor rauw voedsel in de documentaire ‘Rauwer’. Het verhaal van de jongen Tom die van zijn moeder alleen rauw voedsel te eten krijgt. Hij heeft een groeiachterstand en artsen geven de oorzaak aan het eetgedrag waardoor hij essentiële voedingsstoffen tekort komt.

De vraag is of louter rauw voedsel eten wel zo gezond is voor de mens. De ontdekking van het vuur wordt toegeschreven aan de homo erectus. Deze ontdekking had enorme gevolgen voor de menselijke ontwikkeling. Door het verwarmen van voedsel verbruikte het lichaam minder energie om het voedsel te verteren, waardoor ook minder voedsel geconsumeerd hoefde te worden, dus kon de mens zich met andere zaken bezig gaan houden. Ook blijkt dat in de 1,5 miljoen jaar dat de homo erectus leefde zijn hersenvolume is gestegen van 850 cc naar 1100 cc. Wetenschappers gaan er vanuit dat de energie die nodig was voor het verteren van ongekookt voedsel kon worden ingezet voor de groei en ontwikkeling van de hersenen. En uiteindelijk ontstond de moderne mens die zich onderscheidt van de andere wezens door zijn brein.

10 redenen om vegetarisch te eten:
Vegetariërs:
1. Hebben minder vaak last van hartaandoeningen;
2. Krijgen minder snel bepaalde soorten kanker;
3. Eten gevarieerder;
4. Hebben vaker een normaal gewicht;
5. Zijn over het algemeen gezonder (lagere bloeddruk);
6. Voelen zich prettiger en ethischer;
Vegetarische voeding:
7. Is minder belastend voor onze planeet (minder CO2-uitstoot);
8. Is diervriendelijker en dus menselijker;
9. Is goedkoper dan dierlijke voeding;
10. Kan meer mensen op de wereld voeden.
Bron o.a.: Vegetarisch koken voor Dummies

Zelf vind ik balans heel belangrijk en eet ik zoveel mogelijk vegetarisch en biologisch, bij voorkeur uit eigen tuin. En als ik vlees eet dan is het van de biologische slager. Ik wil vooral mijn kinderen niet tekort doen door te eenzijdig aan een bepaald voedingspatroon vast te houden, zoals de moeder van Tom. De mens heeft als omnivoor eeuwen evolutie overleefd dus waarom zouden we het nu zoveel anders doen?

Mijn tip aan iedereen is dat we ons bewust zijn van de mogelijkheden van voeding, bewust en met aandacht omgaan met voedsel en vooral gevarieerd en zoveel mogelijk biologisch eten. Het gaat er niet om dat je er rigide mee omgaat, je moet je er prettig bij voelen en het moet vooral plezier opleveren en zeker geen stress. Eet smakelijk.


vrijdag 21 december 2012

21 december 2012

Het is vandaag een bijzondere dag: het einde van de Mayakalender. Zal de wereld werkelijk vergaan of is het de duiding dat we een nieuw tijdperk ingaan? En is het echt zo’n bijzondere datum?

Foto: ANP
Eigenlijk is deze 21ste december niet anders dan andere jaren. Het is de 355e dag van het jaar met nog 10 dagen te gaan tot het jaar voorbij is, gerekend volgens onze eigen gregoriaanse kalender. Wat deze dag bijzonder maakt is dat het de dag is van de winterzonnewende, althans in het noordelijk halfrond. Het begin van de astronomische winter. Dit betekent dat de zon haar laagste stand bereikt. Om 12.00 uur precies staat de zon loodrecht op de Steenbokskeerkring, de naam is afgeleid van het sterrenbeeld Steenbok, dat ook na vandaag begint. Het is voor ons de kortste dag van het jaar, maar daar tegenover staat natuurlijk de langste nacht. Ideaal om bijvoorbeeld je huwelijk mee te starten, de langste huwelijksnacht van het jaar.

In veel culturen op het noordelijk halfrond is de winterzonnewende aanleiding om feest te vieren. Door het ontsteken van veel licht van vuur en kaarsen wordt gevierd dat dit de dag is waarop het licht uit de duisternis herreist. Na vandaag zullen de dagen weer lengen. Ook wordt de datum waarop onze kerstviering plaatsvindt toegeschreven aan de winterzonnewende en de komst van het licht. Met kerst, dat uitbundig met lichtjes wordt aangekleed, vieren wij christenen immers de geboorte van het Christuskind, de brenger van het licht.

Door het oog van het universum
Wat 21 december 2012 zo bijzonder maakt is dat het einde van de 13e en tevens laatste dag van de Lange Telling van de Maya’s is aangebroken. De Maya’s hebben hun voorspellingen niet gebaseerd op de jaarlijkse omwenteling van de aarde en de stand ten opzichte van de zon, maar op een veel grotere en langduriger beweging in de kosmos. Vandaag komt een einde aan de Mayakalender, de dag waar al eeuwen over gesproken wordt, waarop de Mayaprofetieën tot vervulling komen.

Op deze dag staan onze zon, de maan en de planeten in een bepaalde lijn tot elkaar en in conjunctie met de rest van het universum. Ons melkwegstelsel verschuift vandaag door het hart, het oog, van ons universum. Deze samenstelling doet zich eens in de 26.000 jaar voor. Dit gegeven is vastgesteld door de Maya’s, een van oorsprong agrarisch volk in Midden-Amerika dat zich in duizenden jaren v.Chr. ontwikkelde tot een hoog intelligent volk met kennis van schrift, getallen, wiskunde, astronomie en een holistische opvattingen over de menselijke geest.

De Mayaprofetieën maken gewag van een grootse verandering die ons te wachten staat. Niemand weet precies wat de uitwerking zal zijn. Hooggevoelige mensen melden de laatste dagen dat ze of heel onrustig zijn of juist de stilte heel erg ervaren. Of dit afkomstig is van buiten ons of juist vanuit ons innerlijk is daarbij de vraag. Sommigen beweren dat de verwachte magnetische wisseling van de polen gaat plaatsvinden. Wat het effect daarvan zal zijn weet niemand. Filosoferend met mijn kinderen over de mogelijke effecten zou het ook zomaar kunnen dat de aarde na vandaag de andere kant uit gaat draaien zodat de zon niet meer in het oosten maar in het westen opkomt.

Goede of slechte verandering
We kunnen op twee manieren kijken naar de voorspelling van de Maya’s. Vanuit een negatieve angstgebaseerde houding staat deze dag te boek als ‘doomsday’, de Dag des Oordeels, de dag waarop verschrikkelijke dingen gaan gebeuren. De dag waarop een botsing van onze aarde met een andere planeet of meteoriet plaatsvindt en de wereld vergaat. Er zijn groepen mensen die zich daar op hebben voorbereid en klaar staan voor als het echt misgaat.

Maar we kunnen ook vanuit een positieve grondhouding kijken naar de verandering die komen gaat. We staan op de drempel van een nieuw wereldtijdperk. Dat voelen we alom. De crisis heeft ons stevig met beide benen op de grond gezet. Hierdoor is het mogelijk om reflecterend terug te kijken en een gevoel te krijgen waar het naar toe gaat. Alle mensen op aarde zijn in de laatste honderd jaar veel meer met elkaar verbonden. We zijn een mondiaal dorp geworden. De tijd is nu rijp om de volgende stap te zetten: een echte eenheid worden, waardoor iedereen in vrede en welvaart kan leven.

Een hoger bewustzijn
De Mayakalender eindigt niet, omdat het een cyclisch proces betreft. Het einde van een cyclus immers betekent het begin van een nieuwe creatieve cyclus. De aarde zal dus niet eindigen maar gaat over naar een nieuwe fase. Voor de mens betekent de kosmische verschuiving het begin van de verandering van ons bewustzijn, we zijn klaar voor een hoger bewustzijnsniveau. Het is de voltooiing van de overgang van het vissentijdperk naar het aquariustijdperk. We groeien door van een driedimensionale gewaarwording naar een vierde en een vijfde dimensie, waarin nieuwe elementen als het onzichtbare, het bovenzinnelijke, ons innerlijke Zelf of hoe je het ook noemen wilt, de plaats gaan innemen van het materiële. En wat al die ontwikkelingen voor gevolgen hebben hangt volledig af van wat wij ermee doen! Ben jij er klaar voor?

Wat betekent het voor mij? Voor mij heeft deze dag in ieder geval een bijzondere spirituele betekenis. Ik had mij al aan het begin van het jaar voorgenomen om deze dag thuis te zijn om in alle rust de ervaring tot mijzelf te kunnen laten doordringen. Een dag van stilte en meditatie. Het lot besliste anders. Het is vandaag een bijzondere dag waarop onze familie iets te vieren heeft. Vandaag namelijk stapt mijn zus opnieuw in het huwelijksbootje met de nieuwe man in haar leven. Voor hun heeft deze dag in ieder geval een positieve lading en het is aan hun om er iets moois van te maken. Net zo als dat voor iedereen het geval is.


woensdag 12 december 2012

Wat nu als er geen werk meer is?

Staan we er wel eens bij stil hoe het met ons moet als er geen werk meer zou zijn? Geen werk – geen eten. Steeds meer werk wordt overgenomen door computers en robots. Hoe ziet de toekomst eruit? Zijn we er wel zo zeker van dat er straks nog banen zijn - ondanks de vergrijzing?

Autofabrikant Toyota heeft een fabriek ontwikkeld die 24 uur per dag draait en waar het licht uit is. Waarom? Omdat er geen mensen werken maar robots. Waar vroeger duizenden mensen arbeid verrichtten werken er nu hooguit een handjevol om de fabriek draaiende te houden. Steeds meer werk wordt gedaan door machines en robots. De trend is niet meer te keren.

De machine neemt het werk over
Door de ongekende mogelijkheden van de Informatie en Communicatie Technologie (ICT) wordt steeds meer arbeid overgenomen door machines. Kent u ze nog – de ponskaarten – waarmee de eerste stappen werden gezet om informatie te verwerken via een computer? Duizenden mensen (vooral vrouwen) typten dagelijks gegevens in op de ponsmachine. Toen deze handeling geautomatiseerd werd raakten velen hun baan kwijt. En wat dacht u dat het thuisbankieren voor gevolgen heeft gehad? Steeds meer bankmedewerkers verliezen hun baan en zo gaat het sluipenderwijs al jaren.

De enorme vraag naar automatisering leverde zelf ook steeds meer banen op, maar andere soort banen. Innovatie schept dus ook nieuwe banen, daardoor raakte iedere keer het onderwerp ‘arbeidstekort’ weer op de achtergrond. Ook nu wordt de schuld van het tekort aan banen afgeschoven op de crisis en is het daarmee een conjunctureel probleem. Het wordt tijd dat we onder ogen zien dat de machines het werk structureel gaan overnemen, maar het lijkt erop of we het niet willen horen!

De kenniseconomie als redder
Al decennia wordt er door wetenschappers en adviseurs (Senge, de Sitter, Toffler, e.a.) op gewezen dat we een nieuwe weg moeten inslaan waarbij we de manier van werken, ontstaan in het industriële tijdperk, moeten aanpassen aan de digitale mogelijkheden. In de jaren ’80 hebben we de eerste beweging gezien waarbij onze industrie werd afgebouwd ten gunste van de sector dienstverlening. We zijn onze hoop gaan vestigen op de kenniseconomie. Met veel tamtam werden diverse initiatieven opgestart. Daar moeten we het in Europa van hebben willen we in de toekomst nog wat betekenen in de wereld.

De technologie leidt tot plaats- en tijdonafhankelijk werken. Dé ideale basis voor de ZZP-er.
Werknemers veranderen in ondernemers die vanuit hun eigen talent en passie hun eigen baan creëren. De volgende stap op weg naar de digitale era. Maar nu het economisch tegenzit wordt direct duidelijk hoe kwetsbaar deze groep is. Wanneer werkeloosheidscijfers ter sprake komen laten de bewindslieden ons maar al te graag weten hoe goed Nederland het doet. Ze vergeten echter dat het hier gaat om werkeloosheid van mensen die geregistreerd staan als werkzoekende, daarin zit niet verwerkt het aantal zelfstandigen die te weinig of geen werk hebben en ondertussen flink interen op hun vermogen.

Armoede stijgt
Dus of de kenniseconomie onze redding is valt nog te bezien. Alle mooie woorden en visies ten spijt zijn we nog niet waar we wezen willen. De omslag blijkt uitermate lastig. Is het wel reëel om te veronderstellen dat de zakelijke dienstverlening voldoende banen kan scheppen? Zelfs deze week nog was er aandacht voor de afname van het aantal administratieve banen waardoor vooral MBO-ers getroffen worden. Ook het product van de kenniseconomie kan geautomatiseerd worden. De Amerikaan Andrew McAfee, onderzoeker bij MIT Sloan School of Management, is er heel duidelijk in: “Ja, machines nemen onze arbeid over, ook ons kenniswerk”.


Ondertussen loopt de armoede op. Zelfs in ons land! Al meer dan een miljoen mensen heeft er mee te maken. Toch ontloopt de politiek steevast het onderwerp ‘armoede’. Als het om de oplopende werkloosheid gaat heeft de politiek de mond vol over samenwerken met de sociale partners voor het scheppen van banen. Iedereen die kan werken, moet werken. Maar helaas de markt werkt niet. Dus wat nu als er geen banen zijn en niet gaan komen? Daar wordt totaal aan voorbijgegaan.


Het hele systeem moet om
Dat de crisis nog lang niet voorbij is blijkt uit de prognose voor 2013, waarin wederom krimp verwacht wordt waardoor banen verloren zullen gaan. De tijd van de grote bedrijven, de banenmachines, is voorbij. Het zal nooit meer worden zoals voor de crisis en onze kinderen zullen het niet beter krijgen dan wij. Kijkend naar de ontwikkelingen en luisterend naar deskundigen als McAfee, Jeremy Rifkin en Alain de Botton moeten we aannemen dat er in de toekomst minder banen zullen zijn.

Maar als nu robots het werk doen dan hoeven we toch niet meer te werken? Is dat niet de utopie waar we altijd naar gestreefd hebben? Is het dan niet hoog tijd om ons hele economische systeem anders op te zetten, zodat nog steeds iedereen voldoende middelen heeft om van te leven ook zonder baan? Duits onderzoek laat zien dat van alle arbeid die wordt verricht nog maar 41% betaalde arbeid is, de rest is dus onbetaald (vrijwilligerswerk, mantelzorg, zorg voor kinderen). Dit houdt in dat voldoende mensen een bijdrage leveren aan de samenleving, ook als ze daar niet voor betaald worden. Wederom een bewijs dat de mens van nature altruïstisch is.

Tijd voor Basisinkomen
Onbetaald werk past inmiddels ook in ons denken, kijk maar naar de bedrijven die Maatschappelijk Bewust Ondernemen promoten en hun medewerkers steeds vaker inzetten om een bijdrage te leveren aan de samenleving. We zijn door deze crisis meer dan ooit bereid om naar praktische alternatieven te kijken, tijd dus voor de invoering van een onvoorwaardelijk basisinkomen voor iedereen. Daarmee wordt het tekort aan banen, waar straks alleen de elite nog maar aanspraak op kan maken, gecompenseerd en kunnen mensen die geen (betaald) werk doen ook gewoon eten. Hoog tijd om arbeid en inkomen los te koppelen.

Het is de verplichting van de Staat dat iedere burger in zijn levensonderhoud moet kunnen voorzien. Artikel 19, eerste lid, van de Grondwet luidt: “Bevordering van voldoende werkgelegenheid is voorwerp van zorg der overheid.” Geen baan, wel eten dus, want in artikel 20, eerste lid staat: “De bestaanszekerheid der bevolking en spreiding van welvaart zijn voorwerp van zorg der overheid.” Lukt het de Staat niet om bestaanszekerheid te garanderen met de beschikbaarheid van een baan dan maar in de vorm van een vergoeding voor hetgeen onze aarde oplevert en door onze welvaart wordt gecreëerd.

Oproep aan de Minister-president
Ik roep daarom Minister-president Rutte op om het planbureau en alle
foto: ANP
beleidsmakers beschikbaar te stellen om nu eens serieus onderzoek te laten doen naar de mogelijkheden van een onvoorwaardelijk basisinkomen voor iedereen. Dus niet een onderzoek dat de politiek wenselijke conclusies ophoest, maar een onafhankelijk onderzoek dat er jaren geleden al had kunnen zijn, zodat we gefundeerde keuzes kunnen maken en goed voorbereid zijn op de toekomst. Een toekomst die er anders uit gaat zien dan wij altijd hebben gedacht en onze stoutste dromen zullen overtreffen.

Wil je meer weten over het basisinkomen, lees dan ook mijn andere blogs daarover.



vrijdag 16 november 2012

Samenwerken is het probleem

Hoe wij zaken aanpakken en samenwerken hangt voor een groot gedeelte af van de cultuur waarin wij zijn opgegroeid. Dat heeft ook gevolgen voor hoe wij anticiperen op de crisis. Door mijn reis naar Griekenland heb ik daar weer meer inzicht in gekregen.

Van 8 – 11 november vond in Athene de 17e council meeting plaats van the European Green Party (EGP). Ik was mee als lid van de delegatie van De Groenen. De timing kon niet beter. Een groene partij op bezoek in een land in diepe crisis. Het congres begon toen de felle stakingen als gevolg van de strenge bezuinigingen in Griekenland weer wat geluwd waren. Net voordat de stakingen in de andere zuidelijke landen losbarsten met gevolgen voor het Europese vliegverkeer, waren we gelukkig weer thuis.

Bij aankomst in Griekenland lagen de straten nog vol afval en kwam het openbaar vervoer langzaam weer op gang. De stemming onder de bevolking is gelaten. Een hoge werkloosheid maakt dat veel Grieken somber zijn over de toekomst. Bij alle gesprekken die ik met Grieken heb gevoerd voelde ik de wanhoop, ook al spraken de meesten het niet uit.

Zelfvoorzienende samenleving
Tijdens het congres werd flink aandacht besteed aan de crisis in het algemeen en in het bijzonder de situatie in Griekenland. Wat kan de EGP doen om een groene en sociale economie te bevorderen zodat we uit de crisis geraken? Zo was er aandacht voor Transition Towns, een fenomeen ontstaan in Engeland, waarbij een groep mensen samenwerkt aan de realisatie van een zelfvoorzienende gemeenschap. Een docent van de Universiteit van Athene presenteerde een aantal lokale voorbeelden die hoop op de toekomst bieden. De projecten lopen verre van vlekkeloos. Of er is gebrek aan kennis, of aan grond, of er zijn ondanks de enorme werkloosheid geen mensen beschikbaar die voor de projecten willen werken!

De problemen waar Griekenland mee kampt hebben vooral een culturele oorsprong. Dat werd mij steeds duidelijker uit de verschillende gesprekken. “Samenwerken is het probleem”, vertelden een aantal vrouwelijke initiatiefnemers van Transition projecten. Grieken doen namelijk alles binnen de familie, iets zelf oppakken buiten de familie om komt bijna niet voor. Eigen initiatief is voor Grieken daarom uitermate lastig. Het is zelfs zo erg dat de meeste Grieken hun buren niet eens kennen, daar willen ze niets mee van doen hebben, laat staan mee samenwerken.

Power tot the people
Ondanks de vele aanbevelingen van de EGP om de crisis te bezweren
Foto: Otto ter Haar
door te investeren in een groen en sociale economie zodat de burgers weer zicht krijgen op een toekomst, lijkt de oplossing verder weg dan ooit. De focus ligt daarbij vooral op de beschikbaarheid van geld. Maar vooral Griekenland laat zien dat de inzet van mensen waarschijnlijk vele malen belangrijker is dan het geld. “It’s about the people” is het motto van deze 17e council en juist daar ligt de oplossing.

Hoe ironisch dat uitgerekend in Griekenland, de bakermat van onze huidige staatsvorm, het falen van de democratie het grootst is. Dat juist de cultuur in dit land het zelfbestuur van het volk - “power to the people” - niet goed af gaat. En niet alleen de Grieken hebben daar moeite mee, de meeste zuidelijke landen hebben een overeenkomstige cultuur en uitgerekend daar zijn de problemen het grootst.

Samenwerken is de uitdaging
De grote uitdaging ligt daarom bij de samenwerking en hoe de gemeenschap in beweging kan komen. Hopeloos is het niet, want samenwerken is aan te leren. Het betekent echter wel dat een hele samenleving uit zijn ‘comfortzone’ moet treden. De noordelijke landen zijn daar sterker in dus kunnen daar een belangrijke rol in spelen. Ook in de noordelijke landen ligt de uitdaging bij de samenwerking. We mogen niet denken dat we er al zijn. De verschillende landen kunnen nog veel van elkaar leren en elkaar versterken.

Alleen al de samenwerking tussen politieke partijen onderling is een kunst op zich. Zo hebben we in Nederland twee partijen die lid zijn van EGP: GroenLinks en De Groenen. De bereidwilligheid tot samenwerken is niet groot. Willen we het groene geluid goed laten doorklinken in de Nederlandse politiek is het noodzakelijk om elkaar te versterken, zeker gezien de halvering van GroenLinks bij de laatste Tweede Kamerverkiezingen. Dat geldt natuurlijk ook voor de onderlinge samenwerking in Europa. Want samen staan we sterker!

De delegatie van De Groenen: Otto ter Haar, Jolanda Verburg, Khaled Sakhel

woensdag 7 november 2012

De kunst van het nivelleren

“Nivelleren is een feest!” Dat zei Hans Spekman, partijvoorzitter van de PvdA, dit weekend in een interview in de AD, naar aanleiding van de voorgenomen kabinetsplannen om de zorgpremie inkomensafhankelijk te maken.

De commotie is niet van de lucht nu bekend is dat het kabinet de hoogte van de zorgpremie afhankelijk wil maken van het inkomen. Ook ik ben geschokt over de plannen. Met nivelleren op zich heb ik geen moeite, maar nota bene over het onderwerp “zorg” dat valt bij mij heel slecht. En gelukkig ben ik niet de enige die daar problemen mee heeft. Al vraag ik mij af of dat is om het nivelleren in het algemeen of ten aanzien van het feit dat het om de zorgkosten gaat?

Zelf doe ik er alles aan om zo gezond mogelijk te leven. Ik let op wat ik eet, besteed aandacht en tijd aan mijn eigen biologische moestuin, beweeg voldoende, rook niet, drink met mate, neem voldoende rust. Dat doe ik niet alleen omdat ik mij daar veel beter bij voel maar vooral om weg te blijven uit de reguliere gezondheidszorg waar ik niet al te positieve ervaringen mee heb.

Geen alternatieven mogelijk
Ik ben het in essentie helemaal niet eens met de manier waarop ons huidige zorgsysteem in elkaar zit en hoe het wordt gefinancierd. Ik wil wel bijdragen aan het collectief voor mensen die het minder hebben of die een slechtere gezondheid hebben. Maar ik wil niet betalen voor een systeem wat alternatieven uitsluit of slechts mondjesmaat toelaat. En ik wil niet betalen voor iets waar ik totaal geen invloed op kan uitoefenen. Gezond blijven kan ik beïnvloeden, maar als ik ziek ben en zorg nodig heb kan ik onvoldoende eigen keuzes maken.

Wat ik zou willen is mijn eigen zorgbudget wat ik kan aanwenden zoals ik dat zelf verkies. Zodat ik naar de arts van mijn keuze kan gaan of dit nu een reguliere arts is of iemand uit de alternatieve zorg en de behandeling kiezen die mij het meeste vertrouwen geeft. Nu heb ik dat gevoel niet, ik betaal voor zaken die ik niet gebruik. En als ik al alternatieve zorg wil dan moet ik vooraf extra premie betalen, voor het geval dat! Een no-claim constructie zou in mijn geval een betere oplossing zijn, want de reguliere zorg gebruik ik nauwelijks en alternatieve zorg betaal ik nu toch al uit eigen zak.

De gezondheidszorg is ziek

Door de marktwerking is de gezondheidszorg er helemaal niet bij gebaat om mensen snel beter te maken. Artsen geven dat gewoon toe. Voor een uurtje praten met een patiënt, wat wellicht al de oplossing van een probleem kan zijn, kunnen ze geen factuur versturen, voor een verrichting of het uitschrijven van een medicijn wel. Uiteindelijk is de patiënt de dupe van een vercommercialiseert systeem.

We hebben het zover laten komen dat wij als individu niet meer de verantwoordelijkheid nemen over onze eigen gezondheid. We vertrouwen liever op de arts dan op onszelf. Ik schreef hier al over in mijn vorige blog. Ook ben overtuigd dat er veel alternatieve behandelmogelijkheden en medicijnen zijn die vele malen goedkoper zijn dan de reguliere zorg biedt en die toch effect resulteren. Tja wellicht niet altijd wetenschappelijk onderbouwd, maar die toch werken. Als we dan toch over marktwerking praten laat dan de keuze helemaal bij de gebruiker. Iedereen zijn eigen zorgbudget.

Nivelleren is een kunst
Om de kosten voor de gezondheidszorg betaalbaar te houden is het onethisch om premies inkomensafhankelijk te maken. Ieder mens is verantwoordelijk voor zijn eigen gezondheid en net als het brood bij de bakker dat voor iedereen even duur is moet de gezondheidszorg ook voor iedereen hetzelfde zijn. Daarbij komt nog dat deze maatregel geen enkele invloed heeft op de bezuinigingsoperatie die moet wordt uitgevoerd om de staatsbegroting weer op orde te krijgen. Een prikkel voor de zorg om goedkoper te werken zit hier totaal niet in. Dus wie garandeert ons dat de zorgkosten niet verder de pan uit rijzen?

Foto: ANP
Gezien de heftige discussie denk ik dat het zo’n vaart niet zal lopen. Wil het kabinet nivelleren dan zullen ze dat toch op een ander terrein moeten doen. En als de Tweede Kamer haar goedkeuring geeft aan het voorstel hebben we ook de Eerste Kamer nog om het af te keuren. Is het misschien een slim spel geweest van Rutte? Is hij express meegegaan in een ‘onhaalbaar’ plan zodat iedere volgende poging van de PvdA in de kiem gesmoord kan worden? Want als het wordt afgeschoten heeft het aan de VVD niet gelegen. Heeft de PvdA dan te vroeg gelachen?

Lang leve de gezondheidszorg en de politiek – een boeiende combinatie.

maandag 22 oktober 2012

Ja, maar het is gratis!

We blijven maar pillen slikken en laten ons injecteren alsof ons leven er vanaf hangt. Dat kan toch niet goed zijn? Wie verzint dat nu allemaal? Wie schrijft ons eigenlijk de wet voor als het gaat om onze gezondheid en ons lijf? We hebben toch zeker zelf de regie over ons eigen lijf.

“Ga wél door met die griepvaccinatie” kopte de NRC op 9 oktober in een door huisarts Ted van Essen geschreven artikel. “De griepprik werkt weldegelijk, hoewel niet optimaal. Zolang er geen beter vaccin is, moeten we ermee doorgaan”, betoogde hij. De conclusie over de werking is zo nodig nog schokkender. Uit onderzoek blijkt dat de griepprik een werkzaamheid heeft van ca. 50 procent. Doorrekenend bij een werkzaamheid van 50 procent voorkomt de griepprik dat tussen de 6 en de 11 van de 100 personen daadwerkelijk griep krijgen. Dit betekent dus dat zeker 78 op de 100 personen zich met vergif laten injecteren terwijl dat niet nodig is.

De hoogste vaccinatiegraad ter wereld
Even verder in het artikel huldigt Van Essen het efficiënte Nederlandse systeem van vaccineren waarbij de risicogroepen door de huisarts worden uitgenodigd. Hierdoor hebben wij vrijwel de hoogste vaccinatiegraad ter wereld, zelfs tijdens de pandemie. Hoera! Wat een verworvenheid. Hulde aan de farmaceutische industrie en de zonder winstoogmerk werkende huisartsen. Tenminste nog iets wat onze economie doet groeien.

Bij het lezen van het artikel moest ik gelijk denken aan de uitspraak van voormalig minster Els Borst in het programma Zembla in januari 2010 over de werking van de alternatieve gezondheidszorg: “Het werkt niet, maar het helpt wel”. Ook de marketingslogan van WCeend dringt zich aan mij op bij het lezen van het artikel: “Wij van WC eend adviseren WC eend.” Het is een schaamteloos free publicity artikel waar de marketingafdeling van gerenommeerde bedrijven hun vingers bij af zouden likken.

Verontruste Moeders
De groep Verontruste Moeders, ontstaan uit de onvrede over de verspilling van de ingekochte hoeveelheid Mexicaanse griepvaccins door Minister Klink in 2009, zijn al meer dan een jaar actief om aandacht te vragen voor de misstanden in de gezondheidszorg en de farmaceutische industrie. Niet alleen de miljoenenverslindende kostenpost verontrust de moeders maar nog meer de gedweeheid waarmee de bevolking zich (als proefkonijnen) van alles laat inspuiten.

De bewijzen stapelen zich op dat vaccinaties helemaal niet zo goed zijn voor onze gezondheid. Vooral bepaalde conserveringsmiddelen in vaccins voor jonge kinderen zijn aangewezen als oorzaak van autistische aandoeningen. Zelf ben ik nooit zo’n voorstander geweest van vaccinaties, maar toch ging ik als jonge moeder ook mee in het vaccinatieprogramma dat door de consultatiebureaus wordt uitgevoerd. Het gaat immers toch om de gezondheid van je kind!

De baas in eigen lichaam
Vooral stuitend in het artikel van Van Essen is dat het vaccineren van zwangeren ‘topprioriteit’ is als het gaat om de griepprik. Als je gezond bent neem je toch geen enkel risico als je een kind verwacht. We doen er alles aan om ons kind zo optimaal mogelijk op de wereld te zetten door niet te roken of te drinken en geen rood vlees of rauwmelkse kaas te eten. Maar genoeg vrouwen laten zich toch vaccineren. Ik ben altijd erg achterdochtig geweest op dat punt. Wie kent niet de softenonaffaire? Bij het gebruik van foliumzuur had ik al zoiets van: “Moet dat nou?”

Het is wel duidelijk dat de gezondheidszorg een belangrijke industrie is geworden. Met een jaarlijkse stijging van de zorgvraag van tussen de 5 en 7 procent zijn de ziekenhuizen een groeisector. Althans tot voor kort, want ook hierin lijkt het tij te keren. Zijn we dan toch eindelijk wakker aan het worden en nemen we de zorg voor ons lichaam in eigen hand? Of is het puur een financiële kwestie omdat we meer eigen risico gaan betalen voor iedere verrichting? Of wellicht omdat mensen gaan shoppen in het buitenland?

Het is toch gratis
Zolang we de ongebreidelde ‘consumptie’ van de gezondheidszorg een halt toe kunnen roepen is het mij om het even waarom mensen zich
op dit moment niet laten behandelen. Zelf ben ik verder wijs geworden door de “Gezond Verstandavonden” die door de Verontruste Moeders worden verzorgd. Toen ik onlangs in een discussie over de jaarlijkse oproep voor de mammografie liet ontvallen dat ik daar niet aan meedoe, viel het hele gezelschap vrouwen stil, tot iemand opmerkte: “Ja, maar het is toch gratis!”

Ik had weinig zin om uit te leggen dat röntgenstralen ook niet geheel ongevaarlijk zijn en dat ik mijn eigen lichaam wel kan onderzoeken. En nog belangrijker: ik vertrouw op mijn eigen intuïtie en weet wanneer er met mij iets mis is. Gratis of niet, ik bepaal zelf wel wat goed is voor mij of mijn lijf, daar heb ik geen buitenstaander voor nodig. Ik hou de regie in eigen hand.

vrijdag 19 oktober 2012

Is dit nu democratie?

In de Verenigde Staten is de strijd om het presidentschap in volle gang. In de opiniepeilingen ligt de zittende Democratische president Barack Obama nog steeds voor op zijn uitdager de Republikein Mitt Romney. Maar de Republikeinen nemen de democratie in eigen hand.

Foto: Reuters
Het is algemeen bekend dat vooral de arme zwarte bevolking massaal haar stem uitbrengt op een Democratische kandidaat. Zeker nu weer op Barack Obama, de eerste zwarte president van de VS ooit. Daar proberen de Republikeinen een stokje voor te steken door met wetgeving te komen waardoor de armere bevolking minder makkelijk kan stemmen. De identificatieplicht met foto is in een aantal staten, waaronder Pennsylvania, overhaast ingevoerd. Dit werpt een extra drempel op vooral voor mensen die niet zo mobiel zijn zoals zieken en armen. Voor veel armen extra lastig omdat ze momenteel geen enkel identiteitsbewijs bezitten en sommigen zelfs niet in het bezit zijn van een geboortebewijs waarmee ze een legitimatiebewijs kunnen aanvragen.

Romney is al ernstig in verlegenheid gebracht door de openlijke aanpak van de armste stemmers na de  uitlating van Mike Turzai.
De arme kiezer wordt geweerd, ontkennen heeft geen zin meer. Ook in 2000 waren er al vergelijkbare acties vanuit de Republikeinen.

Democratie ondermijnende praktijken
Dat zelfs in democratische landen eenvoudigweg kiezers geweerd kunnen worden is maar bij weinigen bekend. Er zijn vele manieren om bepaalde kiezers te weren, zoals:
• Legitimatieplicht inclusief foto;
• Geen stempas toesturen;
• Verkorten van openingstijden of onbereikbare stembureaus;
• Het aantal stembureaus beperken, waardoor wachtrijen ontstaan;
• Onduidelijke procedure voor mensen zonder vaste woonplaats;
• Onduidelijkheid over de plaats waar gestemd kan worden.

Oren laten zien
Op het eerste gezicht lijkt de legitimatieplicht bij het kiezen in onze ogen een normale zaak. Ieder kiezer in Nederland moet zich voor de gang naar het stemhokje kunnen identificeren. Bij ons is dat nog niet zo lang gelden in etappes maar vooral geruisloos ingevoerd. Niets mis mee zou je denken, temeer omdat alle Nederlanders zich te allen tijde moeten kunnen legitimeren. Maar is dat wel zo normaal? We hebben toch jarenlang prima rondgelopen zonder legitimatie. Ook het stemmen ging toch altijd prima zonder?

Laten we nog even verder kijken. Neem alleen al de eisen waaraan een foto voor een ID moet voldoen. Zelf moest ik mijn haar achter mijn oren doen terwijl ik dat nooit zo draag en mocht ik beslist niet lachen. Ook mijn zoon moest eraan geloven en zijn oren laten zien. Normaal draagt ook hij zijn haar over zijn oren. Dus staat hij nu keurig met zijn haar achter zijn oren op de foto en lijkt hij meer op een meisje dan op een jongen. Heel raar. Temeer omdat allochtone vrouwen die een hoofddoek dragen hun oren niet hoeven te tonen!

Bureaucratische drempels
Als je denkt dat ondemocratische praktijken alleen mogelijk zijn in de VS nou dan kom je van de koude kermis thuis. Ook binnen het Nederlands kiesstelsel zijn flinke obstakels opgeworpen. Alle nieuwe partijen die mee willen doen aan de verkiezingen moeten niet alleen €11.000,- betalen maar ook 600 ondersteuningsverklaringen regelen. Dat is een enorm tijdrovende handeling waarbij een zeer nauwkeurige administratie is vereist. De kleinste administratieve fout kan al leiden tot uitsluiting van deelname.

Zelf was ik dit jaar verkiesbaar voor Partij van de Toekomst en heb de belemmeringen persoonlijk ervaren. De ondersteuningsverklaringen moesten midden in de vakantietijd binnen vier vastgestelde dagen worden verkregen. Iedere Nederlander die bereid is zo’n verklaring te tekenen moet daarvoor naar zijn eigen gemeentehuis voorzien van identiteitsbewijs om ter plaatse een specifiek document te ondertekenen wat vervolgens, inclusief stempel, moet worden ingeleverd bij de betreffende politieke partij. Allemaal zeer omslachtige handelingen die niet gelden voor bestaande partijen!

Gemeente Zoetermeer in de bocht
Vooral met de gemeente Zoetermeer had ik een democratieondermijnende ervaring. De Kiesraad had via een memo aangegeven dat voor het verkrijgen van ondersteuningsverklaringen het de politieke partijen was toegestaan om mensen aan te spreken in de openbare ruimte van een gemeentehuis. Toch is hierover veel onduidelijkheid geweest en heeft iedere gemeente zijn eigen regels gesteld, wat behoorlijk wat conflict en ergernis heeft opgeleverd.

Van het hoofd van de afdeling verkiezingen van de gemeente Zoetermeer mocht ik niet binnen in de openbare ruimte mensen aanspreken. Toen ik mij buiten het gebouw had opgesteld werd ik uiteindelijk door de bewaking op nogal intimiderende wijze verzocht om minimaal 50 meter bij de entree van het gebouw vandaan te gaan staan! Erger was nog de wachttijd voor de burgers die bereid waren Partij van de Toekomst te ondersteunen. Om een simpele handtekening te kunnen zetten en een gemeentestempel te verwerven moest iedere keer meer dan een half uur worden gewacht. De door mij ingediende klacht bij de Kiesraad is door de gemeente afgedaan met een briefje dat mijn klacht onterecht was!

Directe democratie
Uit onderzoek door NRC en OverheidinNederland blijkt dat de huidige politiek bestuurders niets zien in politieke vernieuwing. Van de ondervraagden vindt 56 procent dat er een kiesdrempel moet komen, waardoor het aantal partijen in de Tweede Kamer vermindert. Dit staat haaks op politieke vernieuwing want het ontneemt nieuwe politieke partijen en initiatieven de mogelijkheid om nieuwe ideeën in de Tweede Kamer te krijgen.

Foto: Paul Heringa
Ook van directe democratie is in ons land geen enkele sprake. Uit alle macht probeert men referenda tot het minimum te beperken, met het gevolg dat belangrijke zaken nooit direct door de burgers worden bepaald, maar altijd via de volksvertegenwoordigers. En als er dan eenmaal een wet is aangenomen kan deze ook nog worden afgeserveerd door de Eerste Kamer. Heeft u wel eens iemand kunnen kiezen voor de eerste kamer? Ik niet! Als we de Eerste Kamer zouden willen afschaffen dan kan de Eerste Kamer dit zelf nog tegenhouden. Hoe krom is dat?

Concluderend kunnen we stellen dat ook in een democratie genoeg belemmeringen kunnen worden opgeworpen door de gevestigde partijen om verkiezingen te beïnvloeden en de bezittende macht te behouden.


dinsdag 9 oktober 2012

Waarom zouden we fairtrade kopen?

De algemene perceptie is dat fairtrade producten duurder zijn. Dat is niet altijd een feit. Maar perceptie is niet zo makkelijk te weerleggen. Waarom zouden we dan toch fairtrade producten moeten kopen?

In september 2000 hebben de regeringsleiders van 191 landen de United Nations Millennium Declaration ondertekent, waarmee ze zich hebben uitgesproken voor het terugdringen van de armoede in de wereld. De afspraken die toen zijn gemaakt zijn vastgelegd in acht concrete doelen, de zogenaamde “Millenniumdoelstellingen”, waarmee de armoede in 2015 wereldwijd moet zijn gehalveerd.

Deze doelen zijn:
1. In 2015 is het aantal mensen dat honger lijdt gehalveerd
2. Alle jongens en meisjes in 2015 naar de basisschool
3. In 2015 hebben mannen en vrouwen dezelfde rechten
4. In 2015 is de kindersterfte met tweederde afgenomen
5. In 2015 is de moedersterfte met driekwart afgenomen
6. De verspreiding van ziekten als aids en malaria is in 2015 gestopt
7. In 2015 leven meer mensen in een duurzame samenleving
8. In 2015 is meer eerlijke handel en minder schuld voor ontwikkelingslanden.

Wereldwijd zijn diverse projecten en initiatieven gestart om de millenniumdoelen te ondersteunen, van het verbeteren van de toegang tot schoon drinkwater tot het verstrekken van medicijnen. Er is echter nog een hoop werk te verzetten voordat de doelen ook daadwerkelijk in 2015 zijn bereikt. Op de site van de Verenigde Naties lees je meer over de stand van zaken.

Als resultante van deze afspraken is vanuit Engeland het project Fairtrade Towns opgezet, waarbij Garstang als eerste ter wereld zich ‘stad van de eerlijke handel’ mag noemen. Niet alleen doel 8 wordt in het project voorzien maar ook de doelen 1 en 2 en indirect de overige millenniumdoelen.
Het Fairtrade Gemeente project startte in Nederland op 07-07-07 op initiatief van de Landelijke Vereniging van Wereldwinkels, ICCO, COS Nederland en de Stichting Max Havelaar. En op 9 maart 2009 werd aan Goes en Groningen als eerste in Nederland de titel Fairtrade Gemeente uitgereikt.

Wat houdt Fairtrade in?
De door de regeringsleiders geformuleerde millenniumdoelen staan erg ver af van de individuele burger. Want wat kan jij nu feitelijk doen om de armoede van kinderen in Afrika te verhelpen? Je kunt geld overmaken naar goede doelen, maar in hoeverre heb je daarmee het gevoel daadwerkelijk kinderen structureel aan voedsel te helpen? Het Fairtrade Gemeente project daarentegen maakt de hulp aan ontwikkelingslanden een stuk zichtbaarder.

Fairtrade zorgt voor eerlijke handelsvoorwaarden met kleine boeren en coöperaties in ontwikkelingsgebieden, waardoor producten worden verhandeld met respect voor mens en milieu. Naast de eerlijke handelsprijs zorgt de Stichting Max Havelaar dat de boeren hun productiemethoden kunnen verbeteren zodat de opbrengst per ha toeneemt. Hierdoor zijn de boeren in staat om in hun eigen
levensbehoeften te voorzien en direct betere leefomstandigheden te creëren voor de hele gemeenschap. Het helpt boeren om oneerlijke concurrentie tegen te gaan, helpt in de toegang tot diverse markten en maakt ze minder afhankelijk van prijsspeculaties op de wereldhandelsmarkt.

Wat betekent het voor ons?
In onze welvarende samenleving consumeren we dagelijks heel wat af. Veel van onze consumptiegoederen, komen uit ontwikkelingslanden, waar mensen vaak onder barre omstandigheden werken om ons in onze welvaart te voorzien, zonder dat ze er zelf echt veel beter van worden. Dat weten we natuurlijk al jaren. Maar lage prijzen voor onze consumptie stelt ons in staat nog meer luxe en welvaart te genereren, waarbij we niet altijd oog hebben voor de omstandigheden waaronder ze gemaakt worden.

Willen we toch wat doen voor een betere en vooral eerlijkere wereld dan is het consumeren van fairtrade producten een heel goed startpunt. Hierdoor weten we in ieder geval dat kinderarbeid is uitgesloten en dat kinderen in staat worden gesteld naar school te gaan zodat ze in de toekomst beter in hun eigen onderhoud te kunnen voorzien. En daarmee helpen we toekomstige generaties in ontwikkelingslanden om zelfstandig welvaart te genereren.

Duur? Het is maar hoe je het bekijkt!
De perceptie is dat fairtrade producten duur zijn. Vergelijkingen wijzen uit dat het niet per definitie waar is dat alle fairtrade producten duurder zijn dan hun equivalent. Zeker niet als we ook nog eens rekening houden met duurzame ontwikkeling, dat wil zeggen oog hebben voor mens- en milieuaspecten waaronder ze gemaakt zijn. Dus wat is er nu mooier dan gewoon consumeren wat we toch altijd al doen en daarbij gelijk de wereld een beetje eerlijker maken! Mag het dan zo af en toe ietsje duurder zijn?

zondag 30 september 2012

Het einde van het kapitalisme in zicht

Het is al weer vijf jaar geleden dat de val van Lehman Brothers in september 2008 de kredietcrisis inluidde. Toch staat het systeem, hoe wankel ook, nog steeds overeind. Maar hoe lang nog?

Kwade tongen beweren dat het Westen zelf verantwoordelijk was voor de aanval op de Twin Towers in 2001. Maar daar geloof ik zelf niet zo in. De aanval was immers gericht tegen het kapitalistische systeem dat wereldwijd wordt gedomineerd door de VS. Met de ineenstorting van het World Trade Centre in New York ontstonden de eerste haarscheurtjes in het vrije marktdenken. Deze gebeurtenis bleek de prelude van het einde.

Angst om te verliezen
Uit alle macht proberen banken en overheden het huidige economische systeem overeind te houden en de schade te beperken. Door te plakken en te knippen, te stutten en verbanden aan te leggen weten ze al vijf jaar het systeem kunstmatig overeind te houden. In feite is het onhoudbaar en gedoemd om te vallen, maar structureel is er nog niets veranderd. Is behoud de beste oplossing? Is dit vasthouden aan het oude in het belang van iedereen of ten behoeve van de enkeling die er wel bij vaart? Of weet men gewoon simpelweg niet hoe het probleem op te lossen?

De huidige machthebbers, wereldleiders en politici lijken het niet meer te weten. Alles moet anders, maar de lef ontbreekt om radicale maatregelen te nemen. Het moet beginnen bij de politiek die de voorwaarden moeten scheppen, gevolgd door deelnemers aan het economisch systeem die daadwerkelijk actie moeten ondernemen. Het bedrijfsleven en zeker het bankwezen kan zichzelf echter geen halt toeroepen, dat is tegen hun (kapitalistische) natuur.

Al jaren probeer ik mij zo goed mogelijk voor te bereiden op de klap die komen gaat en al veel eerder had ik een echte ineenstorting verwacht. Maar niets van dat alles. Iedere dag lijkt meer op de stilte voor de storm. Ondertussen brokkelen de randen van Europa af. “Wanneer is Nederland aan de beurt?”, vragen we ons stilletjes af.

Groot, groter, grootst
Inmiddels zitten we tot onze nek toe in een crisis en lijken we toch steeds meer tot het besef te komen dat het roer om moet. Gevoed door de media en niet onder willen doen voor onze omgeving hebben we ons jarenlang laten meevoeren door de hebzucht. Voor we het goed en wel beseften zaten we vast aan een dikke hypotheek van te dure huizen, moesten we mee in een trendy interieur met flatscreen televisie, luxe auto, de jaarlijkse vakanties en alle ICT snufjes die je maar bedenken kunt. En dus zijn we verslaafd geraakt aan geld en zijn we steeds meer verbonden met de schuldeneconomie.

De Britse econoom Tim Jackson, professor sustainable development aan de Universiteit van Surrey, verwoordde het mooi tijdens zijn TED optreden: “We besteden geld wat we niet hebben aan producten die we niet echt nodig hebben om een niet blijvende indruk achter te laten bij mensen in onze omgeving waar we in feite niets om geven.” Die constatering is toch zielig, zeg nu zelf. En toch gingen we er allemaal in mee.

Power to the people
Maar het kan wel degelijk anders. Kijk maar naar IJsland. Een paar jaar terug nog op de rand van de afgrond en nu de ster van Europa. Blijkbaar moeten we tot het gaatje gaan om tot het besef te komen dat er andere mogelijkheden zijn. Terwijl Tegenlicht zich in 2010 nog
afvroeg waarom mensen niet massaal de straat op gaan heeft een jaar geleden de Occupy-beweging zijn stem laten horen. En de afgelopen dagen gingen in Spanje en Griekenland mensen de straat op om hun ongenoegen kenbaar te maken. Blijkbaar is nu de woede groot genoeg, in ieder geval in de zuidelijke regio, om in beweging te komen.

We staan voor een algehele economische transitie die om radicaal andere oplossingen vraagt. Die beweging zien we ook al ontstaan. De roep om kleinschaligheid en het herstellen van de menselijk maat zijn elementen die steeds luider klinken. Zelfs de voormalige baas van Citibank, Sandy Weill, geeft toe dat achteraf gezien de groei en daarmee de machtverhouding van financiële instellingen te ver is doorgeschoten en dat het wel wat kleiner kan allemaal. Inmiddels zijn we er allemaal wel van overtuigd dat het wel wat minder kan. Extravagant vertoon van je rijkdom begint steeds minder chic te worden.

Zelfvoorzienend
Het tij lijkt te keren. Op diverse plaatsen in de samenleving ontstaan nieuwe initiatieven. Mensen verenigen zich en gaan lokaal duurzame energie opwekken. Allerlei alternatieve ruilsystemen worden uitgedacht en opgezet. Tweedehands winkels, Repair Café’s, wijkmoestuinen en kledingruil party’s schieten als paddenstoelen uit de grond. De ene na de andere forum of website maakt melding van hoe je meer zelfvoorziend kan leven. Allemaal initiatieven die de onderlinge uitruil van goederen bevorderen en andere manieren vinden om een nieuw soort economie vorm te geven.

Was 9/11 echt georkestreerd vanuit de westerse samenleving? Ik kan mij nog steeds niet indenken dat er een groter complot achter de ineenstorting van de Twin Towers zat, waardoor het kapitalistische systeem aan het wankelen is gebracht. En als dat al zo is dan zijn we in ieder geval wakker geschud dat onze manier van leven zijn grenzen heeft bereikt. De grootste winst ligt vooral in het feit dat we terugkeren naar de basis en ons weer afvragen: “Waar gaat het eigenlijk om in ons leven?” We willen toch een gelukkig leven leiden, het liefst in de kleinschaligheid van ons gezin. Waar wachten we nog op?

vrijdag 21 september 2012

Misselijk van de brugklas

Had ik het boek “Hoe overleef ik de brugklas” van Francine Oomen deze zomer maar gekocht voor mijn zoon. Wellicht was dan zijn start op de middelbare school een stuk makkelijker verlopen. Want o, o, het ging niet vanzelf de afgelopen drie weken.

In mijn beleving heb ik een onbezorgde schooltijd gehad. Van de lagere school herinner ik mij slechts flarden. Dat de eerste schooldag niet ongemerkt voorbij is gegaan weet ik omdat die dag mij nog helder voor de geest staat. Ook het eerste schoolreisje weet ik nog goed, ik had er niet van kunnen slapen en kreeg ’s morgens geen hap door mijn keel. Maar verder is de lagere school geruisloos verlopen en heeft geen bijzondere indruk achter gelaten.

Zo ook de middelbare school. Van de eerste weken herinner ik mij niet veel, alleen een gevoel van trots, van kijk mij nu hoe groot ik al ben. Maar de algehele beleving die ik van school heb overgehouden is positief. Ik had het er erg naar mijn zin. Dus ga ik er vanuit dat ik geen moeite heb gehad met de overgang van de lagere naar de middelbare school. Hoe anders vergaat het mijn oudste zoon. Vanwege mijn eigen positieve ervaring en zijn talent om vrienden te maken is bij mij nooit opgekomen dat hij wel eens startproblemen zou kunnen ondervinden.

Naar de middelbare
Zijn keuze voor de school was direct duidelijk, daar wilde hij naar toe. De hele zomer had hij zich er op verheugd. Ook ik had er een goed gevoel bij, veel overeenkomst en herkenning met mijn eigen middelbare school in Amsterdam. Mijn man en ik realiseerden ons pas dat de eerste schooldag spannend voor hem zou worden toen hij de avond ervoor ieder uur zijn bed uitkwam met allerlei smoezen. Maar zelfs toen konden wij nog niet bevroeden wat ons nog te wachten stond.

De volgende morgen aan het ontbijt klaagde hij over buikpijn en misselijkheid en kon hij amper iets naar binnen krijgen. Voor hij op de fiets stapte zag ik het al, het huilen stond hem nader dan het lachen. “Kop op”, zeg je heel stoer, “er gebeurt je niets”, maar ondertussen smelt je hart en flitst het moment voorbij dat je hem als pasgeborene voor het eerst in je handen had.

Het bekende kopje thee
“Heb jij startproblemen gehad op de middelbare school?”, vroeg ik mijn man. Ook hij kon het zich niet herinneren. Van alle minder leuke herinneringen uit onze kindertijd zat dit er niet bij. Afijn we lieten ons niet ontmoedigen en gingen beiden aan en naar het werk. Vanavond zal het wel opgelost zijn dachten wij. Onze jongste toog op de fiets in zijn eentje naar de basisschool. Ook voor hem was het even wennen.

’s Middags wachtte ik mijn zoon op met een kopje thee. Als ik aan mijn eigen jeugd en schooltijd terugdenk doemt steevast het beeld van mijn moeder op die ons opwachtte met het bekende kopje thee! Een van de fijnere momenten van mijn jeugd, wat ik mij ook heb voorgenomen als het enigszins mogelijk is, hoewel mijn moeder toen niet werkte.

Hoe overleef ik de brugklas
De tweede dag op zijn nieuwe school ging nog minder vlekkeloos. “Ik ga daar niet meer naar toe!” was zijn besluit. “Wat dan wel, wil je dan terug naar de basisschool? Dat kan toch ook niet.” bracht ik in. Het overtuigde hem niet. Ik heb zijn beste vriend gebeld met de vraag hem op te halen. Dat was een goede beslissing, samen met nog wat andere jongens ging hij in een groepje op weg naar school. Dagenlang drama volgde. Niet kunnen slapen, hoofdpijn, buikpijn en af en toe een huilbui, we hebben het allemaal gehad.

Bij navraag op school en bij andere ouders bleek dat we niet de enige zijn met dit fenomeen. Steeds meer kinderen blijken er last van te hebben. Er worden zelfs trainingen gegeven hoe om te gaan met de overgang van de basisschool naar de middelbare school. En het boek van Francine Oomen “Hoe overleef ik de brugklas” heb ik altijd als lolletje gezien, maar blijkt toch behoorlijk serieus bedoeld.

De oorzaken
Wij ervaren natuurlijk zelf ook dat in de huidige tijd de druk in de samenleving en op het werk toeneemt. Op scholen is het al niet anders. De prestatiedruk wordt opgevoerd. Al op jonge leeftijd worden kinderen getoetst en moeten ze aan allerlei normen voldoen. De druk rondom de Cito-toets is berucht. En veel minder zal het niet worden gezien de commotie rondom de langstudeerboete.

Al pratende met mijn zoon, om te achterhalen waar nu het probleem zit, gaf hij de volgende redenen aan waarom hij zich niet lekker voelde.
• Hij miste zijn oude klasgenoten;
• Hij kent nog maar zo weinig kinderen;
• Het zijn zulke lange dagen;
• Hij weet niet wat hij kan verwachten en wat de toekomst brengt.

Foto: ANP
Opmerkingen als: “Over een paar weken kijk je er heel anders tegenaan”, hielpen niet, dus probeerde ik constructief mee te denken. We spraken af dat hij iedere dag één kind in zijn klas aan zou spreken om kennis te maken. Daarnaast hebben wij een voorstelling gemaakt van hoe zijn schoolcarrière eruit kan gaan zien. Toen dat niet voldoende bleek hebben we gevisualiseerd hoe zijn verdere leven zou kunnen gaan verlopen. Dat leek de rust wat te herstellen, evenals de opmerking dat hij net zolang thuis kan blijven wonen als hij wil!

De wijze les
Alle begin is moeilijk zo ook de overgang naar de brugklas. Ik zou daarom graag een tip willen geven aan alle basisscholen in Nederland om iets mee te geven aan de ouders van alle achtste-groepers over de emotionele gevolgen van de overstap naar de middelbare school. We hebben wel voorlichting gehad over de verschillende scholen en onderwijsvormen maar niet over de emotionele gevolgen.

Toch is er hoop, want alles went, ook de brugklas. Iedere dag gaat het gemakkelijker. En wat was hij opgetogen eergisteren toen hij het laatste uur vrij had! Ik ben weer een ervaring rijker in mijn carrière als opvoeder. Problemen die je zelf niet ziet kunnen soms bij kinderen levensgroot zijn. Ook zijn de tijden veranderd en kan je nooit volledig teruggrijpen op je eigen jeugd. Kortom: het leven is een grote zoektocht en al denk je zelf aardig op weg te zijn, het levenspad van de ander is niet hetzelfde.


donderdag 20 september 2012

De Tweede Kamerverkiezingen 2012

De verkiezingen zijn weer achter de rug. Een boeiende ervaring, omdat ik zelf kandidaat Kamerlid was. Helaas is het de Partij van de Toekomst niet gelukt een zetel te behalen, dus regeert de oude politiek gewoon door. Het is en blijft lastig om als nieuwe partij in de Tweede Kamer te komen. Toch ben ik niet teleurgesteld.

Zo we zijn weer geland na een paar maanden intensief met politiek bezig te zijn geweest. Anders dan twee jaar geleden, toen ik ook verkiesbaar was voor de Tweede Kamer, was ik nu nauw betrokken bij de verkiezingen op 12 september 2012. Twee jaar geleden stond ik op de kieslijst voor Nieuw Nederland. Eigenlijk wilde ik toen helemaal niet op de lijst, maar na wat aandringen heb ik mij toen laten overhalen en stond ik ergens onderaan. Ik heb toen ook nauwelijks campagne gevoerd en haalde een niet noemenswaardig aantal stemmen. Toch is daarmee het politieke virus overgeslagen.


Hoe anders was het nu. Na twee jaar intensief samenwerken met een bevlogen clubje mensen, maandelijkse bijeenkomsten en diverse congressen, hadden we een mooi partijprogramma in elkaar gezet met indrukwekkende oplossingen om de toekomst van Nederland een bepaalde richting in te sturen. Toch kwamen ook nu de verkiezingen eerder dan verwacht. In recordtijd zijn onderhandelingen gevoerd met diverse andere politieke initiatieven en bewegingen, hetgeen resulteerde in een gezamenlijke lijst onder de naam Partij van de Toekomst (PvdT) en een mooie ploeg mensen.

Aandacht van de media
Veel zorg is besteed aan de marketing. Met een website, posters, brochures, een speciaal geschreven campagnelied en filmpjes hebben we flink wat aandacht getrokken. Ook via social media hebben we ons gedachtegoed verspreid. Tijdens de laatste weken kreeg ik regelmatig de reactie dat mensen via de Stemwijzer uitkwamen bij PvdT. Ook bij de scholenverkiezing werd veel op PvdT gestemd. Blijkbaar zijn de punten in ons programma herkenbaar en belangrijk voor veel kiezers. Maar om dan daadwerkelijk op een onbekende partij te stemmen gaat velen te ver, vooral met zo’n “pias als Johan Vlemmix” aan het roer, kreeg ik vaak te horen.

Toch moet je òf omstreden onderwerpen in je programma hebben òf op omstreden wijze in de pers komen om de aandacht te krijgen. Want spontaan gaat dat niet. Uit betrouwbare bron hebben wij vernomen dat de pers was verzocht geen aandacht te besteden aan de kleiner partijen! Hoezo democratie? Hoezo persvrijheid? De polarisatie en de veramerikanisering is nooit eerder zo extreem geweest, een waar spektakel. Dit is vooral ontstaan door de handelswijze van de media. Het was rechts tegen links. Dat zijn wij helemaal niet gewend. Wij zijn gewend dat er wat te kiezen valt. Maar deze keer viel er, ondanks de hoeveelheid partijen, weinig te kiezen.

Een ervaring rijker
Mensen reageerden de dag na de verkiezingen van “Wat sneu dat je het niet gehaald hebt” tot “Nu zal je wel heel teleurgesteld zijn”. Maar zo was het allerminst. Tijdens het gehele proces waren er momenten van twijfel en frustratie, maar ik ben er zelf ook weer wijzer door geworden. Dus heb ik absoluut geen spijt van mijn deelname aan de verkiezingen. Ik heb op heel veel plaatsen met heel veel mensen kunnen spreken over wat mij aan het hart gaat: het onvoorwaardelijk basisinkomen.


Een ervaring rijker en zeker geen verloren energie is mijn conclusie. Ik heb goede intenties en positieve energie het collectieve geheugen ingebracht. De mensheid in zijn totaliteit is weer een stukje ‘rijker’ geworden. Ook heb ik Johan Vlemmix persoonlijk leren kennen. Mijn beeld van hem is bijgesteld van “een om aandacht vragende joker die het allemaal niet zo serieus neemt” tot “een heel authentieke en integere persoonlijkheid die de juiste mensen om zich heen weet te verzamelen”. Hem hadden we ook vooral nodig om in ieder geval nog enige aandacht van de media te krijgen.

We gaan door
Zelf heb ik veel bemoedigende woorden ontvangen van mijn omgeving en via social media met betrekking tot de zaken die ik via de politiek onder de aandacht wil brengen. Maar bovenal het verzoek om er mee door te gaan! Dat heeft mij enorm gesteund en geeft mij het vertrouwen dat ik op de goede weg ben en geeft ook de energie om door te gaan.

Mijn netwerk is ook weer verder uitgebreid met leuke bevlogen mensen die zich niet neerleggen bij hoe Nederland nu is ingericht en wordt gerund. PvdT gaat door, in welke vorm dan ook. Alle gebundelde netwerken gaan ook door met hun eigen activiteiten. Wij zijn met elkaar overtuigd dat er een nieuwe wind moet gaan waaien om de toekomst met vertrouwen tegemoet te kunnen treden. De oplossingen zijn er, nu de mogelijkheden nog om het uit te voeren!

dinsdag 14 augustus 2012

We willen het anders!

Dit keer doen elf nieuwe partijen mee aan de verkiezingen van 12 september. Alleen in 1971 deden er meer nieuwe partijen mee, namelijk zeventien. Dat de politiek moet veranderen is wel een hele duidelijke boodschap. Zelf ben ik ook verkiesbaar voor een nieuwe partij.

Als nieuwe partij is het vinden van mensen die je initiatief ondersteunen, zodat je überhaupt mee mag doen aan de verkiezingen, een hobbel die genomen moet worden. In ieder van de twintig kiesdistricten moeten 30 mensen een ondersteuningsverklaring tekenen. Dat lijkt niet zoveel maar in de vakantietijd is dat een hele kluif. Geregeld kreeg ik de opmerking: “Nee hoor, ik ga je niet steunen, want ik vind dat er al genoeg partijen zijn.” Ik heb al die mensen groot gelijk gegeven, want zelf vind ik ook dat er al meer dan genoeg zijn. Maar toch ben ik zelf niet tevreden over de bestaande politiek en denk ik dat het anders kan.

De angst regeert
Wat hebben de bestaande partijen ons nog te bieden? Het enige dat zij doen is voortborduren op bestaand beleid en slechts marginaal bijsturen, want als ze teveel afwijken van hun bestaande beleid dan worden ze door de keizers afgestraft. Macht en belangen spelen dus een grote rol. De angst houdt ook de politiek in zijn de greep om de maatregelen te nemen die genomen moeten worden. We weten namelijk wat we hebben, maar niemand weet hoe de toekomst eruit moet gaan zien en dat maakt het lastig.

Macht regeert en neemt de beslissingen. De huidige politiek laat ook teveel haar oren hangen naar de machthebbers in het huidige systeem: de grote bedrijven, de banken en de multinationals, die de huidige partijen in het zadel houden. Van de bestaande partijen zal de verandering dus nooit komen. Terwijl we serieuze alles overstijgende problemen hebben die juist nu om fundamenteel nieuwe oplossingen vragen. Bij nieuwe partijen ligt dat anders, zij hebben niets te verliezen.

Daadkracht en moed
We staan aan de vooravond van een paradigmawisseling, dat betekent dat de wereld er anders uit gaat zien dan ooit tevoren. Daarvoor zijn nieuwe oplossingen nodig waar we nooit eerder voor stonden. De wereldbevolking groeit nog altijd en de natuurlijke resources raken uitgeput. We kunnen eenvoudig niet doorgaan op dezelfde weg en zullen anders om moeten gaan met grondstoffen en de manier waarop we naar eigendom kijken. Dat vraagt een mondiale aanpak die vanuit de diverse landen moet worden aangezwengeld. Daar is inzicht en moed voor nodig.

De daadkracht moet echter niet alleen getoond worden door de politiek, ieder individu heeft daar een rol in. Iedereen maakt deel uit van het geheel. We zijn allemaal met elkaar verbonden en we zijn allemaal wereldburgers. We kunnen dus ook niet alleen naar onze eigen aanpak kijken, maar zullen met andere landen moeten samenwerken.

Wees de verandering
Al jaren ben ik van mening dat er in de wereld nog een hoop verbeterd kan worden. Ik noem mijzelf niet voor niets ‘wereldverbeteraar’. Ieder die de behoefte voelt om iets te veranderen moet dat zelf oppakken. Maar hoeveel van ons doen dat daadwerkelijk? Zelf ben ik er al jaren mee bezig door middel van allerlei initiatieven en door mijn manier van leven. Ik krijg dan wel eens de opmerking: “Nou mijn complimenten hoor, maar ik begin er niet aan, want ik kan toch niets veranderen aan de situatie.” En dat vind ik jammer, want iedere verandering begint bij een eerste stap, hoe klein ook! En iedereen is in staat het verschil te maken.

Meer dan vijf jaar gelden, voordat de kredietcrisis zich aandiende, kreeg ik nog wel eens de opmerking: “Wat arrogant om te denken dat de wereld moet veranderen, alsof het nu niet goed is!” Door de huidige crisis weten we inmiddels wel beter. Veel zekerheden om ons heen lijken in te storten, waarvan het einde nog niet in zicht is. Het gemopper, vooral over Europa, waar met name de gevestigde politiek op aangekeken wordt, klinkt steeds luider Er moeten drastisch andere keuzes gemaakt worden omdat de toekomst dat van ons vraagt. Dat is de uitdaging waar we voor staan.



Ik ben al jaren dol op de filmpjes van ‘The Story of Stuff’ van Annie Leonard. De nieuwste in de serie ‘The Story of Change’  betreft de persoonlijke daadkracht die nodig is om iets te veranderen. Alle kleine beetjes helpen. Dit sterkt mij in mijn actie om verkiesbaar te zijn voor de Tweede Kamer met een nieuwe partij, de Partij van de Toekomst. Ik neem actie omdat ik vind dat er wat moet veranderen!